image/svg+xml

De bevrijding van Goor en de periode er na.

Verhaal

De bevrijding van Goor en de periode er na.

Plaatje bij verhaal: bevrijding-goor-05a.jpg

Herinneringen aan de tweede wereldoorlog van Engelbert Spoor.

Deel VI - De bevrijding van Goor en de periode er na.

Het was een stralende Zondag. Volgens onze waarneming was er geen mof meer in Goor te bekennen. Wij, een stel jongens, kropen over de restanten van de bogen van de in het water liggende Hengelerbrug naar de overzijde.

Daar kwamen we al snel de Engelse bemanning van een z.g. weaponcarrier tegen. We konden hen dus vertellen dat aan de overkant alles veilig was, maar dat hadden ze m.i. zelf ook al wel ontdekt. We werden onthaald op wit brood, biscuit en Engelse thee. Een traktatie. Je staat versteld hoe snel je aan iets went; de droge Engelse biscuit die later in grote hoeveelheden beschikbaar kwam vond je niet eens meer zo bijzonder. Ook werd duidelijk waarom de bevrijders zo gek waren op eieren. Normaal moesten ze het doen met eierpoeder. De eieren werden soms door hen rauw opgeslurpt.

's Avonds kwam een Poolse patrouille op verkenning een kijkje in Goor nemen. Dezelfde nacht werd een pontonbrug bij de haven over het Twentekanaal geslagen en trok de Poolse pantserdivisie door Goor, de straten in de bochten blootleggend. We waren bevrijd.

(Poolse eenheid op foto,s is 10 PSK (10 Pułk Strzelców Konnych ) de verkennings eenheid van de 1 Poolse pantser divisie. Info van de heer Rob van het "Generaal  Maczek museum" Breda.

We ervoeren de bevrijding als een opluchting. Van alles kon weer. De Engelsen die inmiddels in Goor waren neergestreken werden meer dan vrienden. Zo leerden wij een Engelsman kennen, die maar steeds om de kerk liep.

Hij bleek organist te zijn. Snel hebben we geregeld dat hij op het orgel in de kerk kon spelen. Helaas moest hij na enige tijd, hij behoorde tot een Rode Kruis groep en lag gelegerd op de weide aan de Diepenheimse weg bij de boerderij van Harwes, richting Duitsland vertrekken. Wij hebben altijd contact met hem onderhouden en toen ik later samen met Henk Wibbelink op mijn motor door Engeland trok, hem uiteraard bezocht. Nog later tijdens een bezoek met de caravan aan Engeland bleek hij te zijn overleden.

Er werden ook dansfeesten door de Canadezen georganiseerd  bv. in de zaal van de Soos.

Uiteraard waren de Canadezen meer op de meisjes dan op de jongens gesteld. Er moest van te voren af en toe onderhandeld worden over het aantal jongens en het aantal meisjes dat in de zaal mocht komen. Al spoedig verwaterde deze afspraak.

Door alle oorlogsomstandigheden waren we vertrouwd geraakt met wapens. Zo kon het gebeuren dat een verder nog geheel complete achtergelaten Poolse tank op het pleintje Iependijk- Oude Haaksbergerweg werd bemand door enkele Goorse jongens. Op het commando "vuur" van de commandant opende de inmiddels plaatsgenomen mitrailleurschutter het vuur. De pannen vlogen van het eerst beste huis. Het schijnt dat ook het kanon geladen en op Hengelo gericht werd, maar het commando "vuur" is gelukkig uitgebleven.

Zelf kan ik daar enigszins over meepraten. Jan Kuiper en ik hadden, hoe dat weet ik niet meer, kans gezien twee geweren compleet met munitie in een jute zak in de smederij van zijn vader te verstoppen. Om ze te proberen togen we naar de oude spoordijk van Bellootje. Daar hebben we naar hartenlust geschoten.

Minder gevaarlijk (betrekkelijk), was het aanleggen van een telefoon net. Op het kadegedeelte voor de Eternit was in de openlucht voor iedereen toegankelijk een grote hoeveelheid kabel, communicatie apparatuur enz. opgeslagen. Je kreeg zo ongeveer het idee dat de Canadezen  dachten; wat moeten we ermee. Later meenemen is zo lastig. Zodoende hadden we al gauw een eigen telefoonnet. Het begon met een verbinding tussen mijn huis en dat van Bennie Meijer in de Kerkstraat. Successievelijk werden Henk Wibbelink in de Wheeme, Jan Kuiper in de Laarstraat en Adriaan Nab in de Waterstraat op het net aangesloten.

 

Nu was het een hele toer om de metalen haspels met draad eerst te transporteren en daarna de draden bijvoorkeur via de masten van het openbare elektriciteitsnet op te hangen naast die van de door de Canadezen aangelegde draden van hun net. Toen dan ook Benno Schutte wonende op Deldensestraat nr.2 te kennen gaf deelgenoot te willen worden, een zeer grote afstand om te overbruggen, besloten we om gebruik te maken van de reeds door de Canadezen aangelegde draden. We knipten hun draden op de voor ons geschikte plaatsen door, maakten onze verbinding en klaar was Kees.

De Canadezen vonden het veel eenvoudiger om zelf maar nieuwe draden te leggen dan de storing op te zoeken.  Ze hadden overigens toch niets te doen en we hebben ze dus mooi aan werk geholpen. We kregen er zo langzamerhand ook genoeg van en namen het niet meer zo nauw. Zo werd de laatste verbinding naar de Deldensestraat in één ruk van achter de wasserij van Hennink in de Wijnkamp door de bomen van de Iependijk naar de stevige stenen balustrade van de aanbouw van het huis op de Deldenseweg gemaakt .Op een gegeven moment enige tijd later, komt plotseling een groot gedeelte van de stenen  balustrade naar beneden juist op de plaats van de vuilnisemmer. Gelukkig was op dat ogenblik daar niemand aanwezig. We hadden er niet aangedacht dat door wisselende temperatuur, gezien de grote afstand, de trekspanning zo hoog zou kunnen oplopen met dit als gevolg.

Omstreeks deze tijd komt André Wagenaar, broer van Chris Wagenaar een schoolvriend van mij, mij opzoeken.. Hij was bouwkundige en had van Chris gehoord dat ik o.a. uit het kanaal zware elektriciteitskabel had opgedoken. Hij kon dit goed gebruiken voor één of andere bouwkundige klus.(Kabel was erg schaars). Hij bood mij een formidabel bedrag voor de kabel. Ik kon er niet alleen de DKW van Wim Sanders voor kopen (die had inmiddels een NSU) maar hield nog een comfortabel bedrag over.

In dit verband herinner ik me nog, amper achttien jaar oud, het rijbewijs te hebben gehaald. Je moest je in Hengelo ergens melden, eerst op de motor een achtje draaien en vervolgens een rondje door de verlaten straten van Hengelo rijden met de rijexaminator in een zeer oude Citroen achter je aan. Ter hoogte van de kerk midden in Hengelo wilde  mijn motor niet verder. Ik zet hem op het trottoir en zei tegen de examinator: "De carburator is verstopt, even schoonmaken". Zijn repliek:  "Wanneer je met de motor rijdend bij mijn huis komt, ben je geslaagd". Ik ben geslaagd. Ik heb mijn DKW af en toe uitgeleend aan de firma C&A (van Coeverden en Assink) Zij hadden een grote HarleyDavidson bemachtigd en reden bij het oefenen en met het examen liever op de handzamere DKW. We ruilden dan gewoon.

Heerlijk zo'n grote Harley met voet-debriatie (voetkoppeling). Overigens benzine was in die periode geen enkel probleem. Je reed maar naar de kade bij de Eternit en kon uit de daar opgeslagen jerrycans net zoveel benzine gieten als je maar wilde. De Canadezen hielpen je zelfs graag.

 

 

Nawoord.

 

Direct na de bevrijding volgde ik in Amsterdam bij Radio Holland de opleiding van marconist bij de Nederlandse koopvaardij.

In die hoedanigheid heb ik enige jaren,  varende over de wereldzeeën, van Narvik tot Kaapstad en van Buenos Aires tot Yokohama, niet alleen indrukken opgedaan van de ellende die ook deze wereldoorlog in de rest van de wereld had veroorzaakt,  maar ook de armoede en de tegenstellingen die er bestaan. ( Als marconist  had je, met je schip in de haven liggend, niets te doen in tegenstelling tot de rest van de bemanning, een prachtige mogelijkheid om op verkenning uit te gaan).

Ik verkeerde in de veronderstelling dat wanneer mensen allemaal onder nagenoeg gelijke omstandigheden zouden kunnen leven er nooit meer een oorlog zou zijn. Helaas, nu een mensenleven later, ben ik van mening dat zolang er mensen op aarde zijn  er ook altijd oorlog zal zijn. De wereld wordt in hoofdzaak geregeerd door MACHT, GELD en AANZIEN.  

 Mei 2005     Engelbert Spoor, (geen engel).

NB.

In November 2015 schreef ik min of meer als vervolg op voorgaande stukjes, "Herinneringen van Engelbert (Bert) Spoor over mijn leven als Marconist bij de Nederlandse Koopvaardij, direct na de tweede wereldoorlog".
Ik heb dit tevens geschreven om uitdrukking te geven aan m.i. één van de mooiste en unieke, weliswaar, niet meer bestaande beroepen, de marconist.
Mocht U geïnteresseerd zijn, kijk dan op de website van mijn vriend Jan Poortman, op zichzelf al een uitzonderlijke website, die zeer de moeite waard is.
Mijn stukje vindt U daar onder: http://www.pa3esy.nl/oudershuis/marconist/html/marconist_set.html

November 2015, Engelbert Spoor

Terug naar overzicht en verantwoording

 

 

Auteur:Engelbert Spoor
Trefwoorden:Bevrijding, DKW, NSU, HarleyDavidson, Radio Holland, Marconist, Alamak, Hoogkerk
Personen:Harwes, Wibbelink, Kuiper, Meijer, Assink, Wagenaar, Coeverden
Periode:1945
Locatie:Goor

Reacties

Hartelijk dank voor de info. Jaarlijks, op 4 mei, worden de Poolse bevrijders herdacht en is(een steeds kleiner wordende) groep Poolse oudstrijders aanwezig.
Algemeen door anoniem op 21 Sep 2016 om 17:25:38

Poolse eenheid op foto,s is 10 PSK (10 Pułk Strzelców Konnych ) de verkennings eenheid van de 1 Poolse pantser div. Interessante foto''s Mvg Rob gen maczek museum Breda
Algemeen door anoniem op 21 Sep 2016 om 17:22:17

Erg boeiend, Bert! Ook leuk die foto''s van de jonge Bert.
Algemeen door anoniem op 10 Oct 2015 om 15:47:25

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.